Leren Draaien als DJ? De belangrijkste DJ skills in 4 stappen uitgelegd

Wanneer je echt wilt leren draaien, is het belangrijkste punt voor een DJ hoe je je tracks soepel in elkaar over kan laten lopen, anders gezegd: mixen of draaien. Een goede DJ kan goed en foutloos draaien. Hier herkennen liefhebbers een goede DJ aan. Hoe leer je deze belangrijke DJ skill?

Focus je op overgang tussen tracks en kies de geschikte punten uit voor in- en uitmixen. Dit lijkt makkelijker dan het is… Voorkom dat je grote fouten maakt en oefen thuis, draai veel en gebruik onze tips. Hieronder volgen vier tips over beatmixen om je te helpen.

1. Leer Beatmixen

Om platen goed in elkaar over te laten vloeien, is het essentieel om de beat van de platen gelijk te krijgen (beats per minute, bpm). Sommige mixers beschikken over een indicator die de bpm aangeeft, maar zorg dat je dit op gehoor kunt en met je koptelefoon en pitch de snelheid van de plaat aanpast. Veel actuele software synct overigens automatisch en doet dit dus voor jou.

Tip: Oefen met lange intro’s en outro’s. Vooral danceplaten (house, club, trance & techno) zijn opgebouwd met lange inmix-stukken, zodat je relatief veel tijd hebt om de beats te syncen. Luister de tracks voor op je koptelefoon. Kies een geschikt gedeelte van je nummer en markeer dit (‘cue’ op cd-spelers en software), zodat je makkelijk weer vanaf dit punt kunt starten.

2. Beheers het Volume

Zorg voor een goede balans tussen twee platen. Dit geldt voor het absolute volume (fade in en fade out, niet te hard!), maar ook voor je tonenregeling. Afhankelijk van je muziekstijl kan je crossfade hier ook van grote waarde zijn. Met name voor urban, hiphop en scratchen is een crossfade zeer belangrijk. Een veelgebruikte inmix-techniek voor techno, minimal, trance en club is om je lage tonen (bass & kick) volledig dicht te draaien bij de plaat die je erin laat komen. Op het moment dat die plaat daadwerkelijk begint, draai je je lage tonen op normaal niveau en fade je de voorgaande plaat snel uit.

Tip: Stel je volume bij; start de plaat die je inmixt niet te hard in en draai je lage tonen dicht. Op het moment dat de plaat daadwerkelijk begint (en de andere er dus uit gaat), draai je de lage tonen bij.

3. Correctie van foutjes

Mocht een plaat tijdens inmixen ‘weglopen’ (beats lopen niet meer synchroon), raak dan niet in paniek. Sowieso overkomt dit de beste DJ’s, maar belangrijker nog: je kunt dit corrigeren! Afhankelijk van je equipment (vinyl, cd of software) kun je een ‘tikje’ (pitch) geven aan de plaat die achterloopt. Met vinyl geef je een extra zetje aan de platenspeler (of rem de andere iets af). Als je cd’s gebruikt, kun je met de moderne Pioneers hetzelfde doen, andere pitch-control cd-spelers beschikken over een knopje om dit te doen. Bij software zal het je niet snel overkomen, maar ook daar zijn nog diverse hulpmiddelen.

Tip: Tel mee met de beat; veel DJ’s bewegen hun hoofd of been mee op de maat. Indien je over een bpm-counter op je mengpaneel beschikt: vertrouw hier niet blind op, je zult niet de eerste zijn, die hiermee in de mix-problemen komt!

4. Kies de juiste tracks

Uiteraard bepaal je met de tracks die je kiest wat de dansvloer doet. Het is belangrijk om een goede opbouw van je DJ set te hebben en niet in de eerste 15 minuten al je krakers te gebruiken. Als je in club draait, is het handig om rekening te houden met het tijdstip en de ‘mood’ van de bezoekers. Over het algemeen werken DJ’s naar een climax aan het einde van hun set toe, dus bouw het op.

Extra Tip: Leren zonder BPM Counter.

Veel nieuwe mengpanelen en zelfs sommige DJ cd spelers kunnen de BPM voor je laten zien op een display. Maar dit werkt niet altijd perfect, de BPM van een plaat kan je ook zelf ontdekken.

Een vuistregel voor BPM is dat hip hop meestal onder de 115 zijn, dance vaak boven de 115, trance en techno zijn net boven de 130 BMP. Jungle en Drum-n-Bass zijn vaak boven de 160 BPM en soms wel 200.